Over de Bosui

De bosui dankt zijn naam aan de manier waarop ze worden verkocht: in bosjes.
Ze worden ook wel lente-uitjes of stengeluitjes genoemd.
De smaak is zacht en doet een beetje aan prei denken.
Rauw en in ringetjes gesneden past bosui prima in bijvoorbeeld salades of soepen.
Maar rauwe bosuitjes zijn ook heel smakelijk in rauwkost, gestoofde groenten, op een boterham met kaas of in een omelet.
Meegestoofd geven bosuitjes een gerecht een lichte uiensmaak.
Stoof of bak ze wél kort, want anders gaat de lekkere smaak verloren.
Gestoofde bosui smaakt lekker in voorjaarsgroenten, eiergerechten en lichte vleessoorten, zoals kalfsvlees, kip en vis.
Bosui wordt ook veel gebruikt in Aziatische gerechten, zoals noedelsoep of curryschotels.
Je kunt bosui zelfs als groente serveren:
snijd de uitjes dan in stukjes van ca. 5 cm en stoof deze in 3 tot 4 minuten in wat boter gaar.
Daarna bestrooi je ze met wat (zee)zout.